De magie van grensoverschrijdend gedrag

Mijn eerste keer haptonomie en benieuwd naar de magie hiervan. Toch was ik 3 minuten te laat. Van Eindhoven naar Heeze op de fiets. Dan kun je kiezen tussen de route langs de drukke weg met stoplichten, rotondes en auto’s. Of 2 minuten om door de natuur. Ik koos voor dat laatste want dan kom ik lekker ontspannen aan, dacht ik. Wat ik op Google Maps niet had gezien was dat de natuur letterlijk het bos is. Zonder fietspad. En aangezien het sinds oktober regent is het bos een zwemparadijs. Sommige stukken moest ik zeg maar Kamp Van Koningsbruggen op m’n witte sneakers.

Excuserend kwam ik binnen. Ze leek het niet erg te vinden omdat ze zei dat het maar 3 minuten was. We gingen zitten. Ze liet me kiezen waar en ik koos de meest waardeloze stoel. Zo’n oudje die niet klopt met mijn anatomische gesteldheid. Dus ik zat ongemakkelijk. Of ik ergens anders ging zitten? Nee. En zij ging voorover zitten, in m’n aura. Wat vind je hiervan, vraagt ze. Niet prettig. Waar voel je dat in je lijf? Ach, hier heb ik totaal geen zin in, in dit coachgeleuter. Maar goed, een haptonoom is er juist om je te laten ervaren wat je waar voelt in je lijf. Dus ik beantwoord haar vraag. Ze ging achterover zitten en concludeerde dat ze langzaam te werk moet gaan bij me. Uuh, oké…

Ze vroeg aan het begin van het gesprek om volgende afspraken in te plannen. Huh, ik ben er net. Mag ik niet eerst aan je snuffelen? Ik zeg dit niet, ik denk het. Nee, ik zeg; oké en pak m’n agenda erbij. Waarom doe ik dit?

Ze kwam 2 keer terug op dat ik te laat was. Terwijl ze zelf nog zat te eten en met een volle mond sprak tijdens mijn verhaal. Wie is er dan te laat? Ik zeg er niets van. Waarom zeg ik niets?

Het ging over wat me bij haar brengt. Over mijn zoektocht naar mezelf. Over long covid wat TMS blijkt te zijn. Hm, maar je komt wel helemaal op de fiets? Ik antwoord maar het voelt als verwijt. Terwijl het eigenlijk een constatering is. Waarom voelt ie als verwijt? En je werkt niet?! Nee. Waarom voelt dit ook als verwijt? Waarom heb ik het gevoel op het strafbankje te zitten? En waarom zeg ik niks?!

Ze vraagt of ik wel écht heb gepuberd. Jazeker! Goed zo, zegt ze. Ah fijn, toch nog iets goed gedaan. Middenin m’n verhaal stopt ze me. Het is tijd. Ze zegt dat zij wel van de tijd is. Auw. Dat is 3 keer. Ik huh, het is minuut 42. Ik heb toch een uur? Nee, 45 minuten. Oh. Ik kijk nu vast als een konijn in de koplampen. Teleurgesteld dat ik niet op dat behandel bed heb gelegen, mezelf afvragend of ze zó langzaam te werk moet gaan met me.

Voor magie moet ik naar Hans Klok, geloof ik.

Met die konijnenogen stond ik buiten, begon het te regenen en m’n oortjes deden het ook niet meer. Alsof het universum me de boodschap gaf om in stilte te leiden. Thuis opende ik m’n mail en trof haar factuur aan. Voor dit?! Voor de afspraak die ik zojuist had? Ze heeft niks gedaan! Nu ben ik helemaal over de zeik.

Boos liet ik Harrie uit en dat wist Harrie. Ik kafferde ‘m niet af. Ik liep in stilte met een hoofd afvragend wat ik hiervan vind. Moet ik nog naar haar toe? Wat wilde mijn voeten tijdens de afspraak? Ik heb geen idee. Ze deed streng. Dat zei ze ook: ik kan streng zijn. Dat wil ik niet. Ik wil aardig. Ik heb behoefte aan aardige mensen. Of moet ik juist bij deze haptonoom blijven omdat ze me iets duidelijk gaat maken? Een les gaat leren die ik nodig heb. Die me verder op weg helpt naar mezelf.

Na een half uur was Harrie er klaar mee. Hij stopte, ging voor m’n voeten zitten, waarmee ie de weg blokkeerde, keek me aan en begon te lachen. Ja, echt! Hij keek me lachend aan. Ik kan niet meer boos zijn.

Eenmaal thuis besef ik dat ik op geen enkele opmerking heb gereageerd. Sinds wanneer ben ik niks gaan zeggen? Sinds wanneer laat ik grensoverschrijdend gedrag toe? Nou klinkt grensoverschrijdend gedrag heftig omdat we tegenwoordig vooral de associatie hebben met MeToo maar de definitie ervan is een stuk grijzer. Mijn definitie is dat iemand iets doet of zegt wat mij onprettig laat voelen. Ik zeg er niets van. Dus diegene weet niet wat het met me doet en blijft dit doen. Ondertussen ben ik aan het smile & waven.

Ik weet dat ik niet meer de meid ben die niets pikt. Dat er in die tijd mensen waren die mij niet aardig vinden. Maar deze versie van mezelf is doorgeslagen naar de andere kant. Sinds wanneer geef ik mijn grens niet meer aan? Maakt niet uit ook. Ik bouw sneller grenzen dan ene oud- en waarschijnlijk nieuwe president. 

Een week later mocht ik weer

Enig idee op welke stoel ik ging zitten? Jawel, diezelfde stomme stoel. Nu bewust waarom ik vorige week onbewust voor die stoel koos: het uitzicht. De andere stoel biedt uitzicht op gekapte houtstukken. De stoel waarop ik ging zitten op groene planten en bomen. Ik kijk graag naar groen. Naar levende bomen in plaats van dode, liggend te wachten tot ze in de kachel afgebrand worden. Zo heb ik ook gekozen voor de vakantie accommodatie. De eerste foto die ik ervan zag was van het uitzicht, dat loopt van de berg met bomen over in de zee naar de horizon. Het kon me niet schelen hoe de rest van het appartement eruit ziet. Mooi uitzicht, daar is het mij om te doen.

Zin om mijn inzicht te delen stak ik van wal; je ging vorige week zo’n 6 keer m’n grens over, ik stond erbij en keek ernaar en betaalde er ook nog voor. Maakt niet uit want dit inzicht is goud waard. Waar ik benieuwd naar ben, waar gaf ik het weg? Waar dacht jij zij is een geval van ongewenste grenzeloosheid? Ze lacht en zegt; ik prikkel weleens. 

De briljante tip

Kreeg ik van m’n schoonzus – n.a.v. de eerste afspraak bij de haptonoom –  die ik jou graag wil meegeven: praat vanuit wat jij wil, waar jij behoefte aan hebt. Vanuit het positieve. Dus niet (vanuit het negatieve) ik wil niet dat je streng doet tegen mij. Maar (positief) ik wil dat je aardig doet tegen mij. Dit laatste zei ik tegen de haptonoom. Die vervolgens in overtreffende trap aardig deed dat ik dacht, dit hoeft nou ook weer niet.

Aangeven wat je wil is blijkbaar lastiger dan gedacht maar terwijl ik dit schrijf ben ik eruit. Ik wil dat iemand lekker zichzelf is. En als je een niet aardig persoon bent, of het lastig vindt om aardig te doen tegen mij, dan horen wij gewoon niet met elkaar om te gaan. Ik moet alleen nog leren hoe ik dit aardig zeg. Want op het moment dat iemand onaardig doet schiet er zoveel nóg onaardigers door m’n hoofd dat ik niet weet wat ik moet zeggen. In gedachten ben ik mezelf aan het afvragen wat ik heb gedaan dat iemand zo doet terwijl ik ondertussen diegene met een mes in zijn knieholten steek. 

Eindelijk mocht ik op het behandel bed liggen. Geen idee hoe het kan maar een beetje duwen en aaien zorgde ervoor dat ik gesloopt van dat bed af kwam. Je voelt nu wat je van jezelf niet mag voelen, zegt ze.

Onderweg naar huis kwam ik tot een besef. Godverteringtyfushoerigekutzooi (pardon my french, maar niet heus, onderzoek toont aan dat schelden gezond is en ik doe graag gezonde dingen*) Hoe groot is die kuil waar ik telkens in val? De kuil van doorslaan van het één in het ander. Ook in TMS (de onbewuste opgekropte/onverwerkte emoties). Ik mag van mezelf alle emoties voelen maar ik mag of hoef me niet moe te voelen want dat is een long covid klacht en ik heb geen long covid dus ben niet moe. Eerlijk gezegd ben ik wel moe. Moeheid past me niet. 

Enig idee hoeveel mensen ik heb gecoacht in het vinden van hun ritme?

– Retorisch bedoeld, het gaat om het loodgieter-lekkende-kraan-gehalte – Ik zeg liever ritme want dat vind ik leuker klinken dan balans. Doet me denken aan Frizzle Sizzle “Alles heeft een ritme”. Hoewel ik in die tijd meer van de Dolly Dots was. En ik ben iemand die, als iedereen balans zegt, sowieso een ander woord gebruik. Maar mijn ritme heb ik nog niet gevonden.

Voordat je nu denkt; maar Tamaar, misschien is doorslaan in iets gewoon jouw ritme? Nee. Anders was ik niet zo moe.

Vermoeidheid is de eerste (en in dit geval ook laatste, langst blijvende, hangende) klacht van ieder ziektebeeld. Het begint met een beetje gefluister van je lijf, maakt moe, dat negeer je. Dan komt er een klacht bij. Voor je het weet ben je een hele tijd verder, zit je eindelijk bij de huisarts, die jou doorstuurt voor onderzoeken en ineens heb je een label van een chronisch ziektebeeld. Voordat je denkt; oh jee ik ben ook vaak moe, wil ik je vragen eerst te kijken naar jouw slaappatroon, eetpatroon, beweegpatroon, zingeving, emo’s, gedachten, naar jouw ritme.

Dus dit is niet mijn ritme

Ik weet dat boosheid de meeste energie kost en dus moe maakt. Maar ik kan het nog niet helemaal loslaten. Het is niet dat nu ik weet dat mijn klachten vanuit oud zeer komen, alleen het besef en het voelen ervan genoeg zijn. Ik mag er nog iets mee. Ik weet inmiddels ook wat – mijn niet geleefde essentie tot uiting laten komen – maar nog niet hoe. En dat hoef ik nog niet te weten want dat komt weer op het moment dat het komt. Je weet toch, ’t komt in golfjes. 

Over 2 weken mag ik weer naar de haptonoom. In de tussentijd probeer ik aardige grenzen te bouwen. Zal ik afsluiten met iets cheesy? Ja, dat doe ik. Weet je wat ik vandaag heb geleerd? Voor magie hoeven we niet naar Hans Klok.
Magie zit gewoon in jezelf.

Houdoe hè!

 

* https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S002438412200170X